Verkeersregels voor voetgangers
De regels voor het verkeer in Nederland liggen vast in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990). In artikel 4 staat dat voetgangers gebruik moeten maken van een trottoir of voetpad. Als dat er niet is, mogen zij op het (brom)fietspad lopen. Ontbreekt ook dat, dan mag een voetganger gebruik maken van de berm of de uiterste zijde van de rijbaan.
Lange tijd waren voetgangers verplicht om links van de weg te lopen. Die bepaling is met ingang van 1993 vervallen. Sindsdien moeten voetgangers naar eigen inzicht de veiligste situatie kiezen. Dat kan links van de weg zijn, maar afhankelijk van de wegindeling en de situatie ook rechts.
Volgens artikel 9 van de RVV 1990 mogen voetgangers de rijbaan wel gebruiken als zij een colonne of optocht vormen. Voor een colonne of optocht gelden de verkeersregels voor wagens (artikel 2). Bestuurders van wagens zijn verplicht om zoveel mogelijk rechts te houden (artikel 3).
Buiten de bebouwde kom moet een voetgangerscolonne ’s nachts en bij slecht zicht overdag verlichting meevoeren. Aan de linker voorzijde een lantaarn die naar alle zijden wit of geel licht uitstraalt; aan de linker achterzijde een lantaarn met rood licht naar alle zijden (artikel 37).